Het eerste wat Elena voelde toen ze wakker werd, was de zachte druk van zijde tegen haar huid. De kamer was nog steeds gehuld in een halfduistere gloed van de kaarsen die de vorige nacht hadden gebrand. De geur van leer, muskus en warme was hing nog in de lucht. Ze opende haar ogen langzaam en voelde hoe haar spieren loom aanvoelden, haar lichaam ontspannen op een manier die ze nog nooit eerder had gekend.
Haar blik gleed door de kamer. De rode gordijnen bewogen lichtjes door een zachte luchtstroom, en het fluweel van de chaise longue waar ze tegenaan lag voelde nog steeds koel tegen haar huid. Victor lag naast haar, zijn bovenlijf ontbloot, zijn ademhaling diep en gelijkmatig. In de schemering zag ze hoe de spieren van zijn rug zich langzaam bewogen met elke in- en uitademing.
Elena liet haar hoofd tegen de chaise longue rusten en sloot even haar ogen. De gebeurtenissen van de afgelopen nacht speelden zich als een film in haar hoofd af de aanrakingen, de spanning, het loslaten van controle en het onverwachte gevoel van… veiligheid.
Ze had zich overgegeven, en niet alleen fysiek. Dat besefte ze nu.
Ze had gedacht dat dit een eenmalige ervaring zou zijn. Een journalistieke opdracht die haar op de proef zou stellen, een avontuur in een wereld waar ze weinig van wist. Maar nu ze hier lag, in de stilte van de ochtend, voelde ze dat het meer was geworden dan dat.
Ze draaide haar hoofd en keek naar Victor. Hij sliep nog, zijn gezicht ontspannen, de gebruikelijke strengheid van zijn trekken zachter in de ochtendgloed. De man die gisteravond nog zo dominant en beheerst was geweest, leek nu bijna kwetsbaar.
Voorzichtig liet ze haar vingers over zijn hand glijden, een lichte aanraking, nauwelijks voelbaar. Maar toch reageerde hij. Zijn vingers bewogen langzaam, alsof ze haar aanwezigheid erkenden. En toen opende hij zijn ogen.

Ze waren nog steeds even intens als altijd, maar deze keer lag er iets anders in. Iets rustigs. Iets vertrouwds.
“Goedemorgen,” zei hij, zijn stem hees van de slaap.
Elena glimlachte. “Goedemorgen.”
Hij keek haar even aan, alsof hij haar gedachten kon lezen. “Je denkt na.”
Ze knikte langzaam. “Ik probeer te begrijpen wat dit is.”
Victor liet zijn hand langs haar kaak glijden, een zachte, bijna tedere beweging. “En? Heb je een antwoord?”
Ze wist het niet. Wat ze wél wist, was dat haar leven na deze nacht niet meer hetzelfde zou zijn.
“Niet helemaal,” gaf ze toe. “Maar ik weet wel dat ik niet wil weglopen.”
Victor keek haar peilend aan en trok toen langzaam een mondhoek op. “Dat is een goed begin.”
Hij drukte een zachte kus op haar schouder, geen bezitterige kus, maar een die voelde als een belofte.
En Elena wist dat dit nog maar het begin was van iets veel groters.
Reactie plaatsen
Reacties